Van de openlijke narcist naar de verborgen versie
- Laura Lambertus

- 7 nov
- 3 minuten om te lezen
Het feest houd niet op in Luilekkerland van Laura. Of GTST, zoals ik altijd tegen de barman zeg in mijn favoriete kroeg. Af en toe denk ik: "waar hangen de camera's?"
Zoals ik eerder schreef werd ik geconfronteerd met verlatingsangst vanuit vroeger door een ontmoeting met een man. We triggerden elkaar, maar besloten om gecommitteerd te blijven en niet weg te lopen. Goed met elkaar praten en communiceren. Hij leek zo empathisch. We stonden recht tegenover elkaar, bibberend van de angst om de echte connectie die we hadden. Maar het bleek allemaal een leugen.
Gisteren kwam ik erachter dat hij met een andere meid van het salsadansen gaat. Hij had haar nummer gevraagd op de avond dat we samen naar het feest gingen. Die maandag erop hebben ze een date gehad. Hij schreef hoe graag hij haar wilde vasthouden. Ik mocht haar appjes lezen. Naar mij schreef hij dat hij de uren van de klok telde om mij weer te zien. Dit weekend zouden we namelijk lekker met zān tweeĆ«n doorbrengen en tijd voor elkaar maken. Hij had iets georganiseerd in Utrecht, een verrassing. Maar gisterenavond kwam als een klap in mijn gezicht.
Ik probeer ervoor te zorgen dat deze gebeurtenis mijn hart niet sluit. Ik wil juist een open hart. Mij kunnen verbinden met iemand zonder bang te hoeven zijn. Ik was ontzettend bang toen ik hem leerde kennen. Maar nu achteraf merk ik dat het best goed met mij gaat. Eigenlijk mag iemand ook gewoon gaan als hij niet met je wil zijn. Maar met name het verraad doet me pijn. Die meid vertelde me dat hij nog een kind had, die hij voor mij verzwegen had. Dit doet mij pijn. Ik weet niet wat wel en niet echt is van wat hij gezegd heeft. Het voelt alsof mijn pure, eerlijke informatie niet veilig is bij hem. Ik heb iemand in vertrouwen genomen die niet hetzelfde deed. Iemand met een andere agenda, iemand die op een andere frequentie leeft. Het doet me pijn omdat ik echt mijn best heb gedaan mijn kwetsbaarheid te tonen en daar wordt nu zo lomp overheen gewalst.
Ik had hem direct erna gebeld. Hij snapte mijn vraag zogenaamd niet toen ik vroeg waarom hij met anderen date. En hij had ineens geen tijd om te bellen en moest ophangen. Het niet willen communiceren over wat er is gebeurt doet me ook pijn. Iemand waar ik, dacht ik, zo close mee was geweest sluit zomaar de deur. Vriendinnen zeggen dat ik een kogel heb ontweken en dat ik in mijn handen mag knijpen dat het niet langer door is gegaan tussen ons. En dat klopt ook, alleen het voelt nu zo rauw. Ik heb gewoon pijn. En dat mag er ook zijn.
Wat mag ik hiervan leren? Ik heb oog in oog gestaan met mijn verlatingsangst. En leer nu dat het niet eng is om āverlatenā te worden. Afwijzing is niet erg, je gaat niet dood. Je veiligheid wordt niet aangetast. Ik ben nog steeds hier en schrijf nu deze blog. Ergens bekruipt me wel het slachtoffer stemmetje van ā"k probeer het altijd zo goed te doen voor mijzelf en iedereen, waarom verdien ik dit?". Maar ja, dat is niet echt helpend. Zwelgen in zelfmedelijden, tja, waarom eigenlijk. Het is gewoon gebeurd. Maar tegelijkertijd huilt mijn hart. Jezelf openstellen betekent gewoon dat je teleurgesteld kan worden. Dat is een risico die je altijd loopt en die je moet lopen om echte verbinding aan te gaan.
Maar wat ik het enge vind is het volgende. Ogen zijn de spiegel van de ziel zei hij in het begin tegen mij. En ik dacht zijn ziel te zien. Maar misschien is het zien van een ziel niet voldoende. Over die ziel heen zitten namelijk patronen, gedragingen, traumaās. Kun je dan wel afgaan op iemand zijn ogen? Sommige ogen zijn leeg, dan zie ik de pijn. Bij hem zag ik ook pijn, maar ook liefde voor mij. Nou ja, ik weet het ook even niet meer. Voorlopig wil ik even alleen door het leven gaan. Gewoon fijn met vriendinnen.




